Aan het begin van 2013, om precies te zijn op 6 januari
hebben wij jullie via een e-mail geïnformeerd over een gesprek tussen
gedeputeerde J.Bond, toenmalig wethouder Taams een aantal ambtenaren van de
provincie en de gemeente en vertegenwoordigers van diverse instanties die op de
een of andere wijze betrokken zijn bij het Oostzanerveld. Daarnaast hebben wij
jullie vermeld dat wij inmiddels als Platform
Zaanse Veenweidegebieden een regelmatig overleg hebben met
vertegenwoordigers van Kalverpolder, De Poelboerderij, Westzijderveld en de
Vogelwacht.
In het afgelopen half jaar hebben wij onze activiteiten
uiteraard voortgezet. Onderstaand informeren wij jullie op hoofdlijnen over die
activiteiten.
Besprekingen op 30 januari en 25 februari met
vertegenwoordigers van de Gemeente, Staatsbosbeheer, Provincie, een aantal van
onze jonge boeren en een vertegenwoordiger van een door de gemeente
ingeschakelde externe deskundige ( R. de Haan ).
Op basis van de resultaten van het overleg met
gedeputeerde J.Bond en een eerder ontwikkelde visie was door de gemeente een
plan van aanpak voor een toekomstig uitvoeringsprogramma voor het Oostzanerveld
opgesteld. Vervolgens was door onze stichting een uitwerking van dat plan van
aanpak voorbereid ( in de vorm van een
“power point presentatie”). Hierin waren uitgangspunten en randvoorwaarden voor
het toekomstig beheer als discussie onderwerpen aangegeven en waren vragen
geformuleerd die tijdens de besprekingen op 30-1 en 25-2 zijn toegelicht en
besproken.
Belangrijke conclusies die tijdens de besprekingen werden
getrokken waren onder meer dat alle
partijen het eens zijn over het “open houden” van het Oostzanerveld, dat
samenwerking tussen alle direct belanghebbenden een noodzaak is en dat er een
zwaar accent ligt op het feitelijke beheer en onderhoudswerk door boeren. Wat dat laatste betreft, biedt het nieuwe bestemmingsplan voor het buitengebied
de nodige ruimte voor boerenbedrijven en zijn optionele mogelijkheden
aangegeven voor het realiseren van bijvoorbeeld potstallen. Mede door de positieve opstelling van de
gemeente en (vooralsnog ambtelijk ) van de provincie en de inbreng van de door
de gemeente ingeschakelde externe deskundige en de vertegenwoordiger van de vereniging
voor agrarisch natuurbeheer, loopt er nu op verzoek van een van de boeren een
initiatief tot het uitvoeren van een onderzoek naar de mogelijkheid tot het
realiseren van een potstal in het deel van het veld tussen de Klaas Gortersloot
en de Kerkstraat. Er wordt nu gewacht op een beslissing van de provincie over
de bekostiging van dat onderzoek. Een eventuele realisering van zo’n potstal
zal de bedrijfsvoering voor de boer in dat deel van het veld aanzienlijk
vergemakkelijken.
Bespreking op 24 mei met vertegenwoordigers van de
gemeente Oostzaan
Door de wijziging van de coalitie in de gemeenteraad
kregen wij (wederom) te maken met een wisseling van de voor het Oostzanerveld
verantwoordelijke wethouder. De heer Taams die de portefeuille na het vertrek
van voormalig wethouder Stevens met verve had opgepakt trad af en werd in die
positie opgevolgd door de heer Moonen.
Op 24 mei heeft een afstemmingsoverleg tussen enerzijds wethouder Moonen
en de heer Warmenhoven van de gemeente en anderzijds de voorzitter van onze stichting plaats gevonden. Daarbij is
uitgelegd waar onze stichting zoal mee bezig is en zijn in een positieve sfeer
afspraken gemaakt over vervolgacties en “gezamenlijk optrekken”.
Bespreking op 13 juni onder leiding van wethouder
Moonen met vertegenwoordigers van Gemeente, Staatsbosbeheer, Provincie en
Vogelwacht.
Vastgesteld werd dat de navolgende
instanties/partijen : Gemeente,
Provincie , Staatsbosbeheer, Vogelwacht, Natuurvereniging en onze Stichting met
elkaar de “werkgroep Oostzanerveld” vormen. Het Hoogheemraadschap wordt
beschouwd als agenda lid en zal indien opportuun voor een bijeenkomst worden
uitgenodigd. Wethouder Moonen zal optreden als voorzitter van de werkgroep.Tijdens deze bijeenkomst werd gesproken over de visie en
het plan van aanpak voor het uitvoeringsprogramma. Daarbij kwam aan de orde dat
de Gemeente een (beperkt) budget voor activiteiten in het Oostzanerveld heeft
en daar op korte termijn ook “iets zichtbaars” mee zou willen doen. Het idee
was om dat bedrag te besteden aan het opknappen van de percelen die samen “het Valkeven”,
nabij fietspad langs A8, vormen ( verwijderen bomen e.d.). De percelen zijn in eigendom van
Staatsbosbeheer. SBB stelde dat ter plaatse inderdaad sprake was van
achterstallig onderhoud door SBB zelf. SBB bleek ook nog over een budget voor
herstel te beschikken. Afgesproken werd om op 25 juni in klein comité te
bepalen hoe door combinatie van de budgeten van Gemeente en SBB een optimaal
resultaat op het Valkeven zou kunnen worden bereikt, zodanig dat nog in 2013
een deel kan worden uitgevoerd.
Verder is afgesproken dat op verzoek van de provincie wordt
gekeken naar een kleine locatie 3 tot 4 hectare voor het uitvoeren van een
pilot “beheerarme natuur”. Het vervolg van de acties voor zowel het Valkeven als de
pilot zullen tijdens de volgende bijeenkomst van de werkgroep op 22 augustus
worden besproken.
Namens de aanwezigen heeft de heer Moonen tijdens de
bijeenkomst in de richting van de vertegenwoordiger van de provincie nog een
warm pleidooi gehouden voor het onderzoek naar de mogelijkheid van een nieuwe
potstal op een locatie nabij de Roemersloot. Op zijn beurt vroeg de
vertegenwoordiger van de provincie aan de werkgroep om medewerking voor een
onderzoek naar de mogelijkheid van een beperkte pilot “beheerarme natuur”.
Overleg
Platform Zaanse Veenweidegebieden.
Het overleg met de voorzitters van de andere stichtingen
en vereniging verloopt in een goede sfeer. Er worden kennis en ervaringen
uitgewisseld en afgesproken is om bij belangrijke kwesties gezamenlijk op te
trekken. Binnenkort is er weer een
bijeenkomst waarvoor ook een vertegenwoordiger van de vereniging voor
agrarisch natuurbeheer “Water, Land en Dijken” zal aanschuiven. Gelet op de
verwachte wijzigingen in de bijdragen vanuit Rijk en provincie voor agrarisch
natuurbeheer zijn wij van mening dat wij als “blok” gezamenlijk moeten blijven
optrekken. Lokale/regionale samenwerking lijkt een belangrijk punt te worden
bij eventueel toekomstige toekenning van bijdragen vanuit Rijk en Provincie
voor het beheer van de veenweidegebieden.
Overig
Naast regelmatig overleg met diverse instanties vindt er
vanuit de stichting ook overleg plaats met (hobby) boeren over individuele
situaties en wordt zo nu en dan ondersteuning geboden.